'De Luchtdanseres' Metro-ingang Delfshaven Rotterdam

 

 Eddy Roos kreeg in 1985 de opdracht om voor het nieuwe Rotterdamse Metrostation Delfshaven een bronsplastiek te   vervaardigen. Opnieuw koos hij voor een concept van een figuur, vrij in de ruimte. Voor zijn 'Luchtdanseres', waarvan

 Eddy Roos tot aan de zomer in 1987 zou werken, zou hij, meer nog dan bij zijn tot dat moment vervaardigde beelden

 voor de borgtuin ruimte geven aan mystieke en sensuele elementen, ontleend aan de Indiase kunst. Zijn ontwerp

 behelst een bronzen danseres die in een enorme roestvrijstalen cirkel balanceert, terwijl ze zich slechts met

haar voeten vastklemt op de stang. Een beeld dat volgens Eddy Roos een kosmische danspatroon uitdraagt.

 Deze dans in het universum is er een van evolutie, van uitbreiding en inkrimping.

 

                                            

                                         

 

De zwaartekracht is opgeheven in het in een bijna haakse hoek  naar voren gebogen lichaam doordat lichaamsemoties uit dezelfde elementen bestaan,  namelijk energie, tijd,ruimte. "Het gezicht van het beeld", zegt hij, 'zuigt als het ware de lucht in zich op en maakt een draaiende beweging. De toeschouwer kan afstand doen van persoonlijke gevoelens en het herkenbare abstraheren'. Voor het beeld van etherische zweven door de ruimte putte Eddy Roos ook inspiratie uit het late werk van Marc Chagall, ter voorbereiding trok hij naar Frankrijk om in de Opera in Parijs, en vooral in Vence, te bestuderen hoe Chagall vorm gaf aan de vrije vlucht door de ruimte. Net als bij zijn Amsterdamse ontwerp bleek Eddy Roos ook bij de "Luchtdanseres" technisch het  onmogelijke te willen. Computer berekeningen  voor de roestvrijstalen cirkel bleken in de praktijk uitvoerbaar.